Uitgangspunten op basis van bestaand beleid

De laatst verschenen circulaire van de algemene uitkering uit het Gemeentefonds is de Meicirculaire 2016. De definitieve uitkomsten van de Septembercirculaire 2016 worden u voorafgaand aan de behandeling van de begroting meegedeeld.

Het uitgangspunt voor deze programmabegroting is dat de jaarschijven 2017 en 2018 structureel en reëel in evenwicht zijn. De structurele lasten worden gedekt door structurele baten. Van belang hierbij is het realiteitsgehalte van de ramingen. Het is gewenst dat de jaarschijven 2019 en 2020 eveneens structureel en reëel in evenwicht zijn. Het bestaand beleid is aangepast in verband met een aantal autonome ontwikkelingen. Dit uitgangspunt is in overeenstemming met de beleidslijn die het provinciaal bestuur van de provincie Fryslân heeft meegedeeld in de Begrotingscirculaire 2017-2020. De provincie gaat er vanuit dat de Meicirculaire 2016 de basis is voor de Programmabegroting 2017-2020.

Op basis van bestaand beleid hebben we bij het samenstellen van de primitieve ramingen de hierna genoemde uitgangspunten gehanteerd:

  1. Het principe van bestaand beleid houdt in dat de ramingen voor de jaarschijf 2017 zijn gebaseerd op de ramingen zoals die zijn opgenomen in de meerjarenbegroting 2016-2019.
  2. De ramingen voor bijdragen aan gemeenschappelijke regelingen hebben we gebaseerd op conceptbegrotingen 2017-2020 van deze regelingen, voor zover deze op 1 juni bekend waren.
  3. In de primitieve begroting zijn de begrotingswijzigingen tot eind juni 2016, de uitkomsten van de Bestuursrapportage/1e managementrapportage 2016 en de structurele uitkomsten van de 2e managementrapportage 2016 opgenomen.

Daarnaast houden we rekening met de volgende uitgangspunten zoals die door u bij de behandeling van de Kaderbrief 2017-2020 zijn vastgesteld:

Lonen en prijzen

Voor de loonontwikkeling uitgaan van 1,8% verhoging in 2017. Dit is 0,8% hoger dan aangegeven is bij de kaderbrief. Deze verhoging wordt veroorzaakt doordat de twee bovenwettelijke vakantiedagen omgezet worden in geld (met ingang van 2017 onderdeel van het Individueel Keuzebudget - IKB). Het IKB is een budget in geld dat elke medewerker maandelijks kan inzetten voor door hem gekozen doelen. Na 1 april 2016 houden we geen rekening met een extra verhoging van de pensioenpremie.

Vanaf 2017 wordt automatische prijscompensatie uitbestede werkzaamheden en leveranties niet meer toegepast; de budgetten ramen we reëel.

Prijsontwikkeling gesubsidieerde instellingen

De subsidies en bijdragen worden in 2017 verhoogd met 1%.

Systematiek doorwerking lonen en prijzen in relatie tot de algemene uitkering

Voor het eerstvolgende begrotingsjaar (2017) wordt uitgegaan van lopende prijzen en daarna (2018 t/m 2020) van constante prijzen.

Leningportefeuille

De leningenportefeuille wordt verder afgebouwd via het inzetten van eenmalige baten. Ook wordt 50% van gerealiseerde rentevoordelen hiervoor ingezet.

OZB

De opbrengst OZB wordt in 2017 niet trendmatig verhoogd. Bij een algehele waardedaling c.q. waardestijging van de onroerende goederen wordt het tarief van OZB verhoogd dan wel verlaagd, om de begrote opbrengst te realiseren.

Forensenbelasting en leges

  • een trendmatige verhoging van 1% wordt doorgevoerd;
  • 75% kostendekking is voor de leges omgevingsvergunningen voor de periode 2016-2019 het uitgangspunt.

Afvalstoffenheffing

Uitgangspunt is kostendekking. De lasten voor de burgers voor de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen worden in 2017 niet verhoogd. Het vast tarief per aansluiting blijft € 96. We stellen voor het vaste tarief afvalstoffenheffing van € 96 na 2017 jaarlijks stapsgewijs te verhogen naar het kostendekkend tarief van € 116 in 2023 (2018 + € 6, 2019 + € 9, 2020 + € 12, 2021 + € 15, 2022 + € 18 en 2023 + € 20).

Rioolheffing

Uitgangspunt is kostendekking. De rioolheffing stijgt voor een periode van 5 jaar niet meer dan trendmatig. De rioolheffing 2017 wordt trendmatig met 1% verhoogd. We stellen voor de tarieven gebruikersdeel woningen en niet-woningen met ingang van 2017 te verlagen met 7½% voor de periode 2017 tot en met 2020.

Toeristenbelasting

De tarieven zijn vanaf 2014 bevroren op € 1,00 per overnachting. Het tarief 2017 blijft ongewijzigd.

Precariobelasting

Vooralsnog uitgaan van € 0,05 jaarlijkse tariefsverhoging voor de periode 2017 tot en met 2019.